VrijdagBlog 8 maart
Wat doet een kindercoach eigenlijk?
Regelmatig krijg ik de vraag: wat doe jij nu eigenlijk? In deze blog wil ik jullie daar graag een antwoord op geven.

Elke ouder ziet zijn kind graag gelukkig. Wanneer dat niet lukt, dan draag ik graag een steentje bij, om er voor te zorgen dat jouw kind weer vrolijk in het leven staat.
We leven in een tijd met veel prikkels om ons heen. Het is een hectische maatschappij waarin veel van het kind wordt verwacht. Piekeren, concentratieproblemen, moeilijk kunnen slapen en onzekerheid lijken meer voor te komen en zouden een gevolg kunnen zijn van al deze indrukken. Er zijn steeds meer kinderen die in de knel komen te zitten, die wat extra hulp zouden kunnen gebruiken. Daar spring ik, als kindercoach op in.
Kindercoaching is een jong beroep en passend in deze tijd. Een nieuw beroep, waar veel mensen zich nog geen beeld bij kunnen vormen. Maar wat maakt kindercoaching nou zo bijzonder?
Best een lastige vraag, want ik ben van mening dat elke kindercoach weer anders te werk gaat en wellicht ook een ander antwoord geeft. De verschillende opleidingen die je kan volgen tot het worden van kindercoach, draagt ook niet bij aan een eenduidig antwoord. Daarnaast liggen de verschillende werkwijzen en het specialismen van de kindercoaches ver uiteen. Is dat erg? Ik vind van niet. Ik vind het fijn dat het vak kindercoach een vrij beroep is. Als ouder is het wel van belang om goed te kijken of je dé kindercoach vindt die bij jouw kind past.
Ook zijn er een aantal absolute overeenkomsten. Daar wil ik graag mee beginnen.
Kindercoaching is een vorm van het begeleiden van kinderen die laagdrempelig, vertrouwd, veilig en helend werkt; het op een spelenderwijs en oplossingsgericht hulp bieden aan een kind. Samen ontdekken welke kwaliteiten en krachten het kind in zich heeft en hoe deze te gebruiken in de situaties die voor het kind moeilijk zijn. Het kind (en de ouders) krijgt inzicht in wat er werkelijk speelt en wat er nodig is om verder te kunnen.
Ik werk hierbij met hoofd, hart en handen en zet ervaringsoefeningen, materialen en werkvormen in om het kind en de ouders te laten ontdekken waar de kwaliteiten liggen.
Kindercoaching betreft niet alleen het werken met kinderen. Juist het werken met de ouders én de kinderen tegelijkertijd, zorgt voor een directer en duidelijker helend effect.
De belangrijkste overeenkomst in ons beroep is wel dat wij van mening zijn dat de antwoorden in het kind zelf zitten. Alle kindercoaches werken oplossingsgericht en kijken voorbij de ‘problemen’ die het kind heeft. Samen met de kindercoach ontdekt een kind zijn eigen kwaliteiten, talenten en mogelijkheden. Zo wordt er aan het zelfvertrouwen van een kind gewerkt en doet het kind zelfkennis op. Dit is iets waar een kind de rest van zijn leven wat aan heeft. Het resultaat waar ik naar streef? Een blij en gelukkig kind!
Anders gezegd: Een kind sluit niet aan op de behandeling van een kindercoach, maar de kindercoach sluit de behandeling aan op het kind! Dit is echt essentieel anders bij andere vormen van hulpverlening. Een kindercoach kijkt dus echt naar wat een kind nodig heeft en stemt daar zijn begeleiding op af. Wanneer een kind gaat geloven in zijn kwaliteiten, wordt de focus verschoven van ‘probleem’ naar zelfkennis. Vaak is het ‘probleem’ dan geen probleem meer.
Zo hanteer ik geen handelingsplan of ‘minuten-schema’ (wat ik wel heb gezien bij een concullega’s) met wat ik van plan ben te gaan doen tijdens een coachingssessie, maar heb ik voldoende materialen voor handen, zodat ik in kan inspelen op de wensen en het thema van het kind. Dit lijkt dan heel vrijblijvend, maar dat is het zeker niet. Zo had ik laatst een kind die echt heel graag verder wilde gaan met het “coachee-spel”. Zelf had ik een andere werkvorm bedacht voor deze sessie. Ik heb de cliënte kunnen laten inzien, dat de werkvorm die ik had gekozen, nóg dichter bij het thema ligt waar zij op dat moment aan werkte. Dat zie ik dan als mijn taak.
Wanneer ga je met je kind naar een kindercoach?
De hulp van een kindercoach schakel je in wanneer jouw kind al een tijdje niet lekker in zijn vel zit. Voorbeelden daarvan zijn, wanneer je kind:
➠ te verlegen is
➠ te onzeker is
➠ hoogsensitief is
➠ teveel piekert
➠ moeite heeft om emoties te herleiden en deze te uiten
➠ gepest wordt
➠ (faal)angstig is
➠ last heeft van driftbuien
➠ (te) stil en teruggetrokken is
➠ een scheiding moet verwerken
➠ (te) vaak verdrietig is
➠ het overlijden van een dierbare moet verwerken
Wanneer het even niet goed gaat met een kind en je meldt dit bijvoorbeeld op school of bij de huisarts, is de logische weg vaak jeugdzorg of de kinderpsycholoog. Lang niet alle problemen lenen zich hiervoor. Ook zijn er vaak lange wachttijden bij de eerstelijnshulpverlening. Daarnaast is de stap richting een psycholoog voor veel ouders een brug te ver, ouders zijn huiverig voor een traject waarbij de uitslag kan uitdraaien op een stempel voor het kind. Onder andere vanuit deze behoefte is kindercoaching ontstaan.
Ik vind het fijn om te werken met kinderen en jongeren in combinatie met hun ouders. Het is fijn om een eye-openend effect te hebben op het gehele gezin. Juist door hen zelf hun eigen talenten te laten ontdekken! Dat maakt mijn vak boeiend en magisch, maar meer dan dat. Ik draag op deze manier echt mijn steentje bij aan een bewustere samenleving. En dat doe ik met liefde en plezier!

Je kan als ouder ook proberen te voorkomen dat je kind een hulpverlener nodig heeft. Hier wat tips om je kind te helpen als hij niet goed in z’n vel zit:
Sluit samen de dag af
Het is belangrijk voor kinderen om aan eind van de dag hun hoofd te legen. Zeker voor kinderen die de neiging hebben om te piekeren. Zo geef je je kind de tijd om z’n zorgen van die dag en voor de volgende dag te uiten, zodat hij dat in bed niet meer hoeft te doen. Dit kan je doen door voor het slapen gaan echt even met je kind te praten. Daarnaast zijn verschillende materialen op de markt om dit op een leuke manier te doen. Zo heb je bijvoorbeeld het boekje “Slaapklets” en de “ Onder Je Kussen” kaartjes.
Benoem kwaliteiten
Misschien herken je het wel bij jezelf. Iemand die zegt bijvoorbeeld dat je mooi bent, maar dat gaat zo het ene oor in en het andere oor uit, omdat je het zelf niet gelooft. Zo werkt het ook bij kinderen. Een onzeker kind krijgt niet van de ene op de andere dag zelfvertrouwen. Laat je kind daarom regelmatig kwaliteiten van zichzelf benoemen.
Stel ‘super-vragen’
Wanneer een kind niet lekker in z’n vel zit, kan hij negatief blijven denken. “Niemand vindt mij leuk”, “Ik ben dom”, “Ik kan dat niet” en noem zo maar op. Hier kan een kind soms moeilijk uit komen. Jij kan je kind helpen door bepaalde vragen te stellen:
- Is het waar wat jij denkt?
- Weet je wel echt zeker dat het waar is?
- Hoe voelt het van binnen wanneer je deze gedachte gelooft?
- Hoe voel je je zonder deze gedachte?
Meer weten over mij en Praktijk Bij Ons? Bekijk onze site eens en neem gerust contact met ons op. Wij vertellen je graag meer over ons en onze werkwijze.